Problemen met je mond

Klachten in je mond maken het moeilijker om te eten en dus ook om voldoende te eten. Als je niet kunt bijten, kauwen of slikken, dan wordt goed eten een opdracht. Het is belangrijk dat je geholpen wordt bij deze klachten.

Veelvoorkomende klachten:

  • Je hebt moeilijkheden met kauwen en bijten
  • Je hebt problemen met (door)slikken
  • Je gebit zit los
  • Je hebt graag tips voor mondhygiëne
  • Je hebt last van een droge mond

Je hebt moeilijkheden met kauwen en bijten

Tandbederf, loszittende tanden of een loszittend gebit kunnen pijn veroorzaken in je mond. Ze kunnen ook een onaangename smaak geven tijdens het eten.

Neem hiervoor contact op met een tandarts of mondhygiënist in jouw buurt.

Voor een goede mondhygiëne

Poets je tanden minstens 2 keer per dag met tandpasta met fluoride, waarvan één keer net voor het slapengaan. Ga jaarlijks preventief naar de tandarts, zo krijg je ook een betere terugbetaling en blijft je mond langer gezond


Je hebt problemen met (door)slikken

Je kunt goed kauwen, maar je hebt misschien moeilijkheden met het doorslikken van je maaltijden of dranken. Dit kan voor heel wat ongemak zorgen zoals je verslikken of je maaltijd niet doorgeslikt krijgen. Slikproblemen kunnen zo onder andere gewichtsverlies en ondervoeding in de hand werken. Wacht niet om contact op te nemen met een specialist.

  • Een logopedist kan je helpen om beter en veiliger te leren slikken.
  • Een diëtist kan je leren hoe je je voeding aanpast zodat het beter doorgeslikt kan worden.
  • Weet je niet goed wie je best contacteert, vraag het aan je huisarts.

Hieronder vind je alvast enkele tips om het doorslikken van je maaltijden gemakkelijker te maken.

Tips bij elke maaltijd:

Eet rustig, neem kleine hapjes en kauw goed. Vermijd heel grote maaltijden. Eet liever 6 tot 8 kleine maaltijden in de plaats van 3 grote maaltijden per dag. Eet bijvoorbeeld je soep 1 uur voor de maaltijd of pas na de maaltijd, zo voorkom je dat je te snel genoeg hebt. Zit goed rechtop. Sta regelmatig recht en haal diep adem.

  • Brood: Snij de korsten van je brood en besmeer met smeuïg beleg. Drink iets bij elke hap. Je kunt in plaats van brood ook pap eten.
  • Soep: Kies liever voor een gladde, gebonden soep zonder stukjes. Zo verklein je de kans op verslikken.

Een maaltijdsoep is een goede variant voor de warme maaltijd. Snij alle ingrediënten heel fijn en kook ze zacht. Indien nodig, mix de soep.

  • Groenten: Pureer je groenten of snij ze heel fijn. Gaargekookte groente zijn meestal gemakkelijker door te slikken dan rauwkost. Je kunt de groenten ook smeuïger maken door room, saus of melk toe te voegen.

Vermijd draderig groenten, hierin verslik je je gemakkelijker.

  • Aardappelen: Maak ook je aardappelen smeuïger door jus, appelmoes, saus of bouillon toe te voegen of maak puree. Maak je pasta of rijst, kook deze zacht en combineer met saus.
  • Vlees: Vermijd vezelig vlees zoals rundsvlees. Kip, wild of vis zijn meestal gemakkelijker door te slikken. Snij het vlees of de vis heel fijn of maal het met behulp van een staafmixer of keukenrobot. Voeg eventueel jus of bouillon toe om het doorslikken gemakkelijker te maken.
  • Nagerecht of tussendoortje: Zacht (geschild) fruit, yoghurt, pudding.

Heb je moeilijkheden met het doorslikken van dranken?

  • Dik je soep in, voeg aardappel(zetmeel) of room toe.
  • Serveer dranken die van nature iets dikker zijn, zoals drinkyoghurt.
  • Bereid zelf ingedikte dranken. Serveer bijvoorbeeld een lopende chocoladepudding als alternatief voor chocomelk.
  • Er bestaan ook indikkingspoeders voor warme en koude dranken, vraag raad aan je apotheker of huisarts.

Je gebit zit los

Zit je gebitsprothese los of past het niet meer zoals voorheen? Steunweefsels in je mond veranderen met de tijd, waardoor je gebitsprothese minder goed gaat passen. Neem contact op met een tandarts of mondhygiënist in je buurt om je gebitsprothese aan te passen zodat je weer goed kunt eten.

Hoe draag je zorg voor je gebitsprothese?

  • Doe ’s nachts je gebit altijd uit. Poets je gebit, spoel en droog het af en zodat je het ’s nachts altijd droog bewaard.
  • Poets ’s avonds ook het tandvlees waar de gebitsprothese op rust met een zachte tandenborstel of een gaasje.
  • Poest 1 keer per dag het gebit zorgvuldig, liefst net voor het slapengaan.
  • Gebruik vloeibare neutrale zeep en een gebitsprotheseborstel om de gebitsprothese schoon te maken.
  • Reinigingstabletten (chemische reiniging) vervangen het poetsen van de gebitsprothese niet.

Je hebt graag tips voor mondhygiëne

Poets je tanden minstens 2 keer per dag met tandpasta met fluoride, waarvan één keer net voor het slapengaan. Heb je een gebitsprothese, onderhoud het dagelijks en poets ook het tandvlees. Ga jaarlijks preventief naar de tandarts, zo krijg je ook een betere terugbetaling en blijft je mond langer gezond.

  • Poets minstens tweemaal per dag
  • Vervang de tandenborstel tijdig. Zeker zodra enige slijtage optreedt!
  • Elektrisch poetsen kan gemakkelijker en efficiënter zijn (ook om bij iemand anders te poetsen).
  • Poets éénmaal per dag tussen de tanden met ragers/interdentale borsteltjes, tandenstokers of flosdraad.
  • Gebruik 1 cm tandpasta, maar pas de hoeveelheid aan in functie van het resterende aantal natuurlijke tanden in de mond.
  • Gebruik fluoride tandpasta met minstens 1450 ppm fluoride. Inslikken is niet schadelijk.
  • Vermijd overmatig naspoelen met water. Een gaasje of handdoek kan gebruikt worden om de overmaat aan tandpasta weg te nemen.
  • Gebruik een tandpasta die weinig schuimt om te poetsen. Op die manier kan je beter zien in de mond tijdens het poetsen.

Wil je meer weten? Op de website gezonde mond vind je extra informatie.


Je hebt last van een droge mond

Tips bij een droge mond

  • Neem regelmatig een paar slokjes water (ook tijdens het eten).
  • Zorg dat u altijd iets te drinken bij de hand heeft, ook ’s nachts.
  • Spoel of spray regelmatig de mond.
  • Zuig op ijssnippers of een ijsklontje.
  • Kauwen op suikervrije kauwgom, komkommer of stukjes wortel zet de speekselklieren aan het werk.
  • Ook friszure producten, zoals augurk, appel, kiwi en ananas stimuleren de aanmaak van speeksel.
  • Met behulp van jus, een sausje of appelmoes kunt u uw eten iets smeuïger maken.
  • Zorg voor een goede mondhygiëne. Poets na elke maaltijd, 3 tot 4 maal per dag met een zachte tandenborstel en fluoridetandpasta met weinig menthol.