Waar Rubens rust vond
Vonden Flip en Jeanneke elkaar
Cathelyne de heksendood
Jan en Kris de Plaza
En 't morgenland zijn wieg met wereldsmaken
Hier vind je diamant geslepen als zijn slijpers
Brouwers benoemd tot burgemeester,
Appels, perengaarden, kersentuinen,
Zorg en wijsheid, wel zeven bergen vol,
Duitse kamers, een wondertorenklok.
Waar Ordal een eeuw al de dorst lest,
Schoenverkoop mensen samenbrengt,
Duffel stof en naam gaf aan een jas,
En Lierse vlaaikes bij Van Ouytsel horen
Als Nijlense schijfkes bij de Gouden Haan
Waar we op maandag gaan turnen
Op dinsdag naar Scherpenheuvel stappen
Op woensdag tot in Egypte sjotten
Op donderdag volksdansen
Op vrijdag paardrijden
Op zaterdag roeien
En op zondag hangbuikfietsen tot in de kroeg
Daar, ja daar, in een zilveren mantelknoop,
Vloeien twee Netes samen,
Die van gezondheid en die van kansen
Een patiƫntenboot, een cliƫntenvlot
Schipperen met hun schepenen in 't zelfde schuitje
Beste burgers, burgemeesters,
Schatten van mensen allemaal,
Zorgen jullie mee ervoor
Dat boot en vlot elkaar vinden?
Des te sterker ons net, des te minder verdrinken.